Het eind van de Tweede Wereldoorlog heeft het begin van de Koude Oorlog ingeluid. Gedurende de Koude Oorlog wordt Europa verdeeld in twee ideologische blokken: het communisme en het kapitalisme. De Berlijnse Muur is hét icoon van deze verdeeldheid.
Geallieerde bezetting
Nadat Duitsland capituleerde kregen de geallieerde machten het (tijdelijk) voor het zeggen in het voormalige Derde Rijk. Dit betekende dat ook de macht in de toenmalige hoofdstad Berlijn (gelegen in het Russische bezettingszone) verdeeld zou worden. Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten én de Sovjet-Unie krijgen ieder een deel van Berlijn toegewezen. Een periode van grote spanningen tussen de communistische wereld en het westen breekt aan.
Vluchten naar het Westen
Tussen 1949 en 1961 verlaten zo’n 2,6 miljoen mensen de DDR en Oost-Berlijn. Voor de economie in de DDR zijn de vluchtende burgers een groot probleem. Een groot deel van de vluchtende burgers bestaat namelijk uit hoogopgeleide jonge mensen. De Russen besluiten in 1961 dat de leegloop van de DDR definitief tot een eind moet komen. In de nacht van 12 op 13 augustus wordt begonnen met de bouw van de Berlijnse Muur. In enkele weken tijd werd een zwaarbewaakte betonnen hindernis met prikkeldraad opgeworpen rondom West-Berlijn. Uiteindelijk uitgroeide de Muur uit tot een bijna onneembare vesting. Grenswachten krijgen het bevel te schieten op personen die over de muur naar West-Berlijn proberen te vluchten.
Hoe kon het zo ver komen dat één stad werd verdeeld door een muur? Bron: Berlin Wall Memorial